U |
|
|
|
U |
afk. uw |
u.a |
afk. ut ante, zoals vroeger |
u.L |
afk. u lieden |
ubi |
waar |
ubiquiteit |
overalheid, alom vertegenwoordigd |
uer |
uur |
uhlaan |
licht bewapende ruiter |
uijtcoope |
tegen betaling door de ene partij verkrijgen van een goed van de andere partij |
uire |
uren |
uitdoender |
geldschieter |
uiterdijk |
land buiten de oude dijk, aangeslibde grond |
uitgebloed |
doodgebloed |
uitlekken |
uitdrinken, ondanks verplichte geheimhouding bekend worden |
uitloopers |
verkenners |
uitschikken |
verbannen |
uitstervende linie |
die geen erfgenaam meer heeft |
uitstrijking |
woekerwinst |
uitvriezen |
doodvriezen |
uitzeg |
verbanning |
uitzendeling |
spion |
ulcere |
door een zweer |
ulner |
pottenbakker |
ultima die |
op de laatste dag (van de maand) |
ultimo |
de laatste |
ultimo die |
zie ultima die |
ultimum diem vitae clausit |
sloot zijn laatste levensdag af |
ultimus |
laatste |
ultimus familiae |
de laatste van een familie |
unam |
een |
unanimiteit |
eenmoedigheid ?, eenparigheid, eenstemmigheid, eensgezindheid |
undecies |
elfmaal |
undecim |
elf |
undecimus |
elfde |
undetricesimus |
negenentwintigste |
undetriginta |
negenentwintig |
undevicesimus |
negentiende |
undeviginti |
negentien |
unehelich |
bastaard kind, buitenechtelijk, onecht |
unehrlig |
oneerlijk, illegaal |
unetvicesimus |
een en twintigste |
unguentarius |
parfum en zalvenmaker |
unicus, filia unica |
enige, enige dochter, enige erfdochter |
unie |
enigheid, vereniging |
uniëren |
verenigen |
uniform |
eenvormig |
unigena |
eniggeboren |
unius |
van een |
universalitas |
algemeenheid |
universeel |
algemeen |
universiteit |
landschool, hogeschool, gemeenschool, algemeenheid |
unsinnige woche |
week voor Pasen |
unster |
balans met ongelijke armen, weegtoestel |
untersaeten |
onderzaten |
unum et idem |
een en het zelfde |
unus |
één |
unus et viginti |
een en twintig |
up ende affars |
in eigen gebruik |
up ende afward |
zie up ende affars |
uperken |
inhoudsmaat, halve pint |
upgaf |
opgeven |
urbaan |
deftig, burgerachtig, beleeft |
urbaniteit |
deftigheid, burgerlijkheid |
urbe |
stad |
urbe N. |
in de stad N. |
ureclocke |
uurwerk, vaak staat er ook vierclocke of vuurclocke ( brandklok) |
urijn |
waterpot, pispot |
urinaalpot |
zie urijn |
urinator |
duiker |
ursel |
horzel |
urst |
dakvorst |
usagie |
zie usantie |
usancien |
gebruiken, |
usantie |
gebruik, zakelijk recht van gebruik |
usu rationis carens |
beroofd van het gebruik van zijn verstand |
usu rationis privatus |
beroofd van het gebruik van zijn verstand |
usufruct |
lijftocht, vruchtgebruik, bezitneming, inneming |
usufrucuair |
vruchtgebruikers |
usurarius |
woekeraar |
usurpatie |
gebruik, inneming, bezitneming tegen recht |
usurperen |
in bezit nemen, gebruiken, innemen |
usus |
gebruik |
ut aiebant |
zoals ze verklaren |
ut ante |
zoals vroeger |
ut asserunt |
naar hun zeggen, zoals zij beweren |
ut dicitur |
zoals gezegd wordt |
ut dicunt |
zoals ze zeggen |
ut fertur |
naar men zegt |
ut infra |
zoals hieronder beschreven |
ut patet in registro |
zoals blijkt uit het register |
ut supra |
als boven, als hiervoor, zoals hierboven beschreven |
ut, uti |
als, evenals |
utebaelge |
gedeelte buiten de versterking van een versterkte stad |
utebannen |
(gerechtelijk) iemand het eigendom van onroerend goed ontzeggen |
uteboedelen |
het uitkeren van de boedel aan een kind, b.v. bij het trouwen van een dochter. |
uteborgen |
tegen een borg vrijlaten |
utebuur |
van buiten de stad |
uteclop |
door klokgelui aankondigen, bekendmaken |
utecoop |
het behoud van een boedel door deelgenoten af te kopen |
utedijc |
buitendijks |
utedrach |
scheidsrechterlijke schikking minnelijke schikking |
utedracht |
vereffening van een geschil |
utegeboren |
in een andere stad of land geboren, elders geboren |
utegoedinge |
het bij leven al uitdelen van de erfenis aan bloedverwanten |
utelaemsch |
van elders afkomstig |
utelage |
verbannen, uit de gemeenschap verbannen |
utelagebrief |
schriftelijke brief waarbij iemand wordt verbannen uit stad of land |
utelandich |
uit een ander land afkomstig |
utelede |
lijkdienst, begrafenis |
uteleidinge |
verzet tegen een ïnleiding” (in het bezit stellen) van een ander in een boedel |
utelesinge |
openbare afkondiging |
utepacht |
pacht van buiten de stad gelegen grond of onroerend goed |
utepanden |
door panding iets van iemand innen |
utequiten |
vrijkopen uit gevangenschap |
uterinae sorores |
halfzusters met de zelfde moeder |
uterini |
halfzuster, stamt van de zelfde moeder af |
uterini fratres |
halfbroers met de zelfde moeder |
uterque |
beiden |
uteseggen |
uitspraak doen in een rechtszaak |
utesijl |
uitwateringssluis |
utewinninge |
het verkrijgen van een vonnis tegen iemand |
utgecloppen |
met klokgelui uit de stad verbannen |
utgehangen… |
er buiten hangen van b.v. het zegel |
utgesecht |
uitgezonderd |
uti |
als, evenals |
uti dicitur |
zoals gezegd wordt |
uti mater in partus doloribus coram obsterice declaravit |
zoals de moeder in barensweeën aan mij de vroedvrouw verklaarde |
uti retulit |
zoals hij zegt |
utijl |
profijtelijk |
utiliteit |
profijt, nut |
utinge |
uitvaart; ook: de kosten der uitvaart |
utrisque juris |
beide rechten d.w.z. Romeinse en canonieke rechten |
uttersten |
laatste, achterste |
uur gaans |
afstand maat, 1 uur gaans = ca. 5 km Ook gezien gelijk aan 1500 rijnlandse roeden = 5621 m1, volgens code Napoleon, 5000 m en bij koninklijk besluit van 1863, 5555,5 m1 |
uut |
komende uit (meestal richting) |
uutbliven |
afwezig blijven, niet verschijnen |
uutboedelen |
zie uteboedelen |
uutbrengen (iet). |
openbaren, aanbrengen |
uutdrifte |
het verdrijven, verjagen |
uuteladen |
naar buiten lokken, uitdagen voor een gevecht |
uutgegaen |
geëindigd |
uutgeven |
uitgaven |
uuthangen (iet) |
iets publiceren door aanplakking aan het “schepenhuis”, (raadhuis) |
uuthebben (iet |
iets van zijn ouders bij het huwelijk verkregen hebben |
uutscrift |
afschrift |
uutslach |
alles wat groeit op land, weiland of akker |
uutsliten (enen) |
iemand tot ballingschap veroordelen |
uutsteecksel |
uitdrukkelijk vermeld |
uutwisen (enen |
iemand bij vonnis verbannen. |
uuytsending |
hoofdelijk omslaan van een belasting |
uuytzeghellynghe |
bevestigen met een zegel |
ux. afk uxor |
echtgenote, echtgenoot |
uxor |
echtgenote, echtgenoot |
uxor gratuita |
concubine, bijvrouw |
uxorari |
uithuwelijken, trouwen |
uxorata |
getrouwde vrouw |
uxoratur |
gehuwd |
uxoratus |
getrouwde man |
uxoris |
van de echtgenote |
uyrwerckmaecker |
uurwerkhersteller, -maker |
uytboedelen |
zie uteboedelen |
uytdeylers |
betaalmeester |
uytdraeyer |
houtdraaier |
uytdrager |
sekreetruimer |
uytecoop |
zie utecoop |
uyterlijck |
uiterste, uiterste wil, testament |
uytgenomen |
uitgezonderd |
uytgescheiden |
met uitzondering van |
uytgeset |
zie uytgescheiden |
uytgeseydt waren |
verbannen waren |
uytgesondert |
uitgezonderd |
uytgevrongen |
uitgebroken, |
uythaeler |
ondervrager, ophalers van een overledene voor de begrafenis |
uytmaener |
deurwaarder |
uytsne |
verkoop in het klein direct uit het woonhuis, werkplaats, atelier |
uytverkoren momber |
uitverkoren voogd, o.a. bij zaken betreffende een weduwe noodzakelijke manspersoon die haar zaken behartigde bij rechtshandelingen, vrouwen waren daartoe niet gerechtigd |